7.1 Algemeen
Bridge bestaat voor een groot deel uit kansberekening. Elke bridger zal weten dat onder normale omstandigheden snijden op de heer bij een Aas-Vrouw combinatie kansrijker is dan hopen dat de heer sec onder de aas valt.
Deze les laat een aantal veel voorkomende speelfiguren zien. Bestudeer ze goed. Het zal u verrassen hoe vaak u ze aan de bridgetafel tegen zult komen.
De verschillende onderwerpen worden in de vorm van een aantal opgaven behandeld..
7.2. Snijden
Opgaven 1 –3
1) |
♠ A V 4 2
♠ B T 9 6 |
|
2) |
♠ A V 4 2

♠ 6 3 |
|
3) |
♠ A 10 9 3

♠ V B 6 |
|
|
|
|
lastig |
|
moeilijk |
1) |
Speel de boer voor. Als de heer goed zit, maak je vier slagen.
Doo de boer voor te spelen blijf je aan de goede kant om de snit te herhalen. |
2) |
Speel een kleintje naar de vrouw. Als de heer bij west zit maak je 2 slagen. |
3) |
Speel de vrouw voor. Als de heer goed zit maak je vier slagen. |
Regel 1: |
Speel een hoge kaart voor als je aan de goede kant wilt blijven om de snit te herhalen. |
Opgaven 4 – 6 (“snijden of niet”)
4) |
♠ A T 9 2
♠ V B 7 3
|
|
5) |
♠ A 6 5 4

♠ V 7 3 2
|
|
6) |
♠ A 5 4 3
♠ V 6
|
|
|
|
|
|
|
|
4) |
Speel de vrouw voor en laat deze doorlopen. Als de heer goed zit, maar je 4 slagen. |
5) |
Speel de aas, gevolgd door een kleintje naar de vrouw. Als de heer bij oost zit en de kleur 3-2 verdeeld is, maak je drie slagen.
FOUT: De vrouw voorspelen: Je verliest altijd minimaal 2 slagen. |
6) |
Speel een kleintje naar de vrouw. Als de heer bij oost zit maak je 2 slagen. Anders maar één.
FOUT: De vrouw voorspelen: je maakt nooit meer dan maar één slag. |
Regel 2: |
Speel alleen een plaatje voor als je de onderliggende kaart ook hebt. |

7.3. "Plaatjes van de korte kant"
Opgaven 7 - 9
7) |
♠ H 2
♠ V B T 5 4 |
|
8) |
♠ H V 3

♠ A 7 6 5 |
|
9) |
♠ V 9 8 5
♠ A H 6 3 2 |
|
|
|
|
|
|
|
7) |
Speel eerst de heer. Als deze wordt gedoken speel je een kleintje naar de vrouw.
FOUT: De twee in de eerste slag naar je hand. Als de tegenpartij de aas neemt kun je niet meer oversteken. |
8) |
Speel eerst de heer en vrouw. Steek daarna met het kleintje over naar de hand.
Als de kleur 3-3 verdeeld is, maak je vier slagen. (Goed tellen !) |
9) |
(Moeilijk) Om de kleur in één keer af te kunnen spelen moeten de hoge tussenkaarten (de 8 en 9) worden “gedeblokkeerd”. Speel dus eerst de vrouw en gooi de blokkerende 8 en 9 onder de aas en heer. Hierna zijn de 6 (waar de 5 onder valt) en 3 de laatste slagen. Speel dit na! |
Regel 3: |
Speel de "Plaatjes" van de korte kant. |

7.4. Naar plaatjes toe spelen
Opgaven 10 – 11
10) |
♠ H 2
♠ 5 4 |
|
11) |
♠ H V 3 2

♠ 5 4 |
|
|
|
|
|
10) |
Speel de 4 naar de heer. Als west de aas heeft, kan oost niet over de heer heen en maak je de slag. |
11) |
Speel de 4 naar de heer. Als deze wint, steek je over eb speel je later de 5 naar de vrouw.
Als de aas bij west zit, maak je 2 slagen.
FOUT: Een plaatje voorspelen. Waar de aas ook zit, je maakt nooit meer dan één slag. |
Regel 4: |
Speel naar een plaatje toe. |

7.5. Plaatje of plaatje, of toch maar niet?
Als één van de eerste regels is aangeleerd om ‘plaatje op plaatje’ te spelen. In negen van de tien gevallen is dit een goede regel, die meestal niets kost en regelmatig wat oplevert.
De theorie is niet moeilijk. Als je een voorgespeeld plaatje dekt, dan is de tegenpartij twee plaatjes kwijt en jij maar één. Door deze actie worden hoge middenkaarten, zoals de 9 of 10, vaak ‘gepromoveerd’ tot slag bij jezelf of partner.
Er zijn echter een aantal uitzonderingen, waarbij “plaatje op plaatje” juist een slag kan kosten.
Opgaven 12 – 13
12) |
♠ ?
♠ H 7 5
♠ B 3 |
|
13) |
♠ ?
♠ H 7 5
♠ V B 10 9 7 |
|
|
Zuid speelt ♠ B. Dekken of niet? |
|
Zuid speelt ♠ B. Dekken of niet? |
12) |
WEL dekken! Stel dat noord ♠ A V T 8 heeft, dan heeft partner ♠ 9 6 4 2. Precies genoeg om de 4e schoppenslag van noord (♠8) de baas te kunnen. |
13) |
NIET dekken. Als noord de aas heeft, dan maken NZ alle slagen.
Maar: Als noord de aas en een kleintje heeft, moet hij de 2e slag de aas spelen en is de heer nog niet gevallen. Je bent ook niet blij als partner de aas sec blijkt te hebben.
Dekken levert in dit geval dus nooit wat op !! Aan de dummy kun je zien dat er nooit wat bij partner zal promoveren. |

Zie de gevorderden cursus voor meer af- en tegenspel problemen.
|