Sri Lanka |
1992 |
Voorwoord: Ons eerder bezoek in 1983, op moment dat burgeroorlog uitbrak. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zwarte juli 1983 Ondanks alle oorlogshandelingen is Sri Lanka voor toeristen een veilig land. Ten eerste spelen de vijandigheden zich af in een beperkt en afgesloten gebied en ten tweede zien zowel Tamils als Singalezen en Islamiten het als een interne aangelegenheid waar je buitenlanders niet in moet betrekken. Sterker nog, alle partijen proberen zich bij buitenlandse mogendheden zo goed mogelijk voor te doen om steun te krijgen voor hun strijd. Toeristen worden dus met grote zorg ontzien. In deze twee weken zal ons programma er heel anders uit zien dan 9 jaar geleden. Toen bezochten we onder andere de oude ruïnesteden in het noorden en de stranden aan de Oostkust. Nu zullen we het accent leggen op het centrale bergland en de zuidkust. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zaterdag 18 April 1992 - Vertrek naar Colombo |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
De vlucht naar Colombo
Rond elven worden we door Ans en Ab op de trein naar Schiphol gezet. In Schiedam komt er net een trein uit Moskou aan en zijn we getuige van een emotionele gezinshereniging. Vijf minuten later is onze trein er en rijden naar Schiphol. Het is druk aan de KLM balie zodat we na het inchecken nog maar een uurtje over hebben om rond te lopen. Ien koopt tot mijn ontzetting voor veel geld een potje bedorven rattengeil, ook wel parfum genoemd. Even over tweeën zeggen we Nederland voor twee weken vaarwel. Het is alweer de zevende vakantie met Ien. Wat gaat de tijd snel. Dat kun je niet zeggen voor de vliegreis, die maar tergend langzaam verloopt. Wat kunnen 12 uur lang zijn. We hebben 3 stoelen met z'n tweeën in het halfvolle vliegtuig. Er is alleen een stop in Karachi, Pakistan, wat ongeveer 7 uur vliegen is. Over de KLM niets dan lof, al komt het eten om psychologische redenen ons al meteen de strot uit. We noemen het het Merpaticomplex, doelend op de ontelbare eetbakjes die we van deze maatschappij tijdens onze vlucht naar Nieuw Guinea kregen. De lucht boven Europa is helder. De Alpen zien we mooi en ook de Donau is goed te zien. Pas echt schitterend wordt het boven Oost-Turkije waar we een uniek uitzicht hebben over het ruige en besneeuwde landschap. In vermoed dat het de Kaukassus is. Op het moment dat we er over vlogen draaide er een (shit) film van Bette Midler waardoor we niet op het scherm waar de route bijgehouden wordt kunnen kijken. Op de minuut nauwkeurig landen we in Karachi. We mogen niet even uit het vliegtuig (daar heb je een visum voor nodig !). Ze zullen toch niet echt denken dat we illegaal dit verschrikkelijke land in willen? Na een stop van 1½ uur vliegen we met nieuwe bemanning de resterende drie uur naar Colombo, waar we om 5:25 (Nederlandse tijd 1:55, dus 3½ uur verschil) landen. Het is er al 25°C. Na de pascontrole en invulling van de gelddeclaratieformulieren, waarop je al je geld en cheques op moet geven om illegaal wisselen tegen te gaan, kan ons avontuur beginnen. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zondag 19 April - Negombo |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vissersdorp Negombo Slenteren door Negombo Negombo staat bekend als vissersplaats. Bij een arme visserfamilie worden uitgenodigd binnen te komen. Een toch al klein houten huis is met een paar schotten opgedeeld in een aantal kamers waar hele gezinnen in leven. "Ons" gezinnetje heeft twee kleine kinderen en naar de leeftijd van de ouders te oordelen zullen er nog velen volgen. De vader lag stomdronken op een matje. Bij de rest van de mensen die hier wonen is het al niet veel beter. Kortom armoe troef. Als het aanvankelijk spontane bezoek ontaard in een massale bedelpartij gaan we weer verder. In Sri Lanka wordt vooral door kinderen erg veel gebedeld. De woorden 'money', 'bonbon' en 'schoolpen' behoren tot de woordenschat van elk kind. De situaties zijn soms wel komisch. Zo rennen verlegen kinderen na het vragen van bijvoorbeeld een bonbon meteen hard weg of trekken een zielig gezicht om wat krijgen. Als het geen succes heeft worden ze niet boos, maar beginnen vaak te lachen en nemen dan zwaaiend afscheid. We lopen terug naar ons hotel. Overal zie je kraaien. Ze maken veel herrie. Ien valt even heerlijk in slaap op een ligstoel terwijl Jos in het troebele water vissen probeert te ontdekken. Als de zon onder gaat lopen we een stukje over het strand. De vissers zijn hun catamaran en visnetten in orde aan het maken voor de visvangst van komende nacht. Op het strand probeert een biggetje zijn moeder te pakken. Ondanks zijn enorme wapenstok blijkt zijn moeders paradijs toch te hoog gegrepen. Het is een mooie zonsondergang. De lucht wordt helemaal rood als de zon verdwenen is. De "powercut": Stroomafsluiting als gevolg van energieschaarste. Net als we willen douchen, valt in de hele stad het licht uit en moeten we ons met kaarsen behelpen. We horen dat het de afgelopen maanden extreem droog is geweest en dat hierdoor de tanks (meren) bijna leeg staan. Hierdoor kunnen de krachtcentrales niet op volle toeren draaien zodat op bepaalde uren de elektriciteit afgesneden moet worden. In Negombo is deze "powercut" van 5 tot 8 uur 's ochtends en van 8 tot 9 uur 's avonds.
Met de zaklantaarn lopen we naar het Golden starbeach hotel om te eten. Dat liep niet helemaal op rolletjes. Het duurt uren eer we de kaart een keer krijgen en nog eens uren voor we onze eenhaps garnalencocktail hadden. Het hoofdgerecht, drie grote garnalen met wat rijst en patat, hadden zo ondertussen ook gevangen zodat we alles tegelijk naar binnen moeten werken. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maandag 20 April - Treinreis naar Kandy |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Met de trein naar Kandy Het lukt ons niet om voor een normale prijs om 5 uur een taxi te charteren zodat we een latere trein naar Kandy plannen. Door de zee van tijd die we denken te hebben staan we iets te laat op. Geen probleem denken we, maar als we door de bajaj bij de bus naar Colombo worden afgezet blijkt er enorme rij te staan. De bussen rijden af en aan, maar het duurt toch nog ruim een half uur eer we in de bus zitten. Als de bus er bovendien een half uur langer over doet dan verwacht missen we op 5 minuten de trein. Waarom gaan treinen alleen maar op tijd als wij te laat zijn. Het is bloedheet en het zweet gutst van onze bodies. We kopen een kaartje voor de volgende trein die pas over ruim drie uur vertrekt. We stoppen onze rugzakken in een safe en rijden met de bajaj naar de KLM om onze vlucht te bevestigen. Alles is hier gelukkig open op deze tweede paasdag. Als we terug zijn in Colombo-Fort (het centrum) lopen we wat winkeltjes af. Ik koop 3 VOC (Verenigde Oost-Indische Compagnie) muntjes uit de 18e eeuw voor maar fl. 5,-. Ien vergaapt zich aan de schitterende maskers. We zijn ruim op tijd terug voor de trein. Veel te vroeg dus want de trein heeft dit keer (zoals gebruikelijk) vertraging. Op het perron ontmoeten we een Australiër die een jaar op wereldreis is. Het is een gezellige prater die vanuit India even een uitstapje naar Sri Lanka maakt. Na 1½ uur komt de trein eindelijk binnen tuffen. Het is een heel gedrang en iedereen stort zich naar binnen om een plaatsje te bemachtigen. Slim als ik ben gooi ik door het open raam de rugzakken op twee lege plaatsen. Als alle stofwolken van het gevecht zijn opgetrokken blijken er plaatsen zat te zijn en kan iedereen zitten. Op zoek naar een hotel in Kandy Het wordt een mooie reis naar het op 500 meter gelegen Kandy. We zien veel rijstvelden die door droogte helaas allemaal geel van ellende zien. Als we de bergen in trekken gaan we door het oerwoud. In een boom zien we een groep vliegende honden. Vlak voor we gaan stijgen wordt er een extra locomotief achter de trein gekoppeld. Na ontelbare stops en ruim 2 uur later dan gepland arriveren we in Kandy. Het is ondertussen al donker geworden. Meteen met de taxi naar het uitgekozen hotel. Mis gegokt. De bedden zijn keihard en het uitzicht is er toch minder mooi als de beschrijving deed vermoeden. Ik in het donker op zoek naar betere bedden. Die zijn snel gevonden bij de buren, de Sunray Inn. De tent is eigenlijk gesloten, de eigenaresse is twee jaar geleden overleden, maar de moddervette dochter ziet er wel een handeltje in. Het aardige mens knapt de kamer op als ik Ien ga halen. Zij is minder te spreken over dit onderkomen. Het bed ik zacht, maar ruikt net als de rest hier vreselijk muf. De douche is in en in smerig. Ook moet je uitkijken dat je niet tegen de stroomdraden op loopt. Desondanks doen we het toch maar voor een nachtje. We eten in hotel Suisse. Het is en lopend buffet. Van de "powercut" hebben we weinig last omdat het hotel een generator bezit. Dit hotel bevalt ons zo goed dat we meteen een reservering maken voor morgen. Ik zit alleen met de Sunray Inn in mijn maag want ik heb gezegd drie dagen te blijven (Anders konden we er niet terecht). We rijden terug met de taxi en regelen de chauffeur meteen voor morgen als de botanische tuinen en het olifantenweeshuis op het programma staan. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dinsdag 21 April - Kandy: Olifantenweeshuis, Botanische tuin en Kandy dansers |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Om 6 uur ben ik al op om met mijn verrekijker naar vogeltjes te speuren. Ik hoor veel, maar zie zo goed als niets. Alleen een eekhoorntje speelt grappig in de tuin en drink vertederend water uit een bloem. Het olifantenweeshuis in Kegalle We zijn als eerste bij het weeshuis en kunnen voor de toeristenstroom komt met de kleintjes "spelen". Ien gaat helemaal uit haar bol. De olifantjes zijn niet groter dan 1 meter 20. Ze zijn in de jungle gevonden. Hun ouders zijn dood of hebben hun jongen verstoten. Deze olifanten worden niet meer uitgezet in het wild. Wel zijn ze te koop als werkolifant. Het moet een vermogen kosten. Er lopen ook grote olifanten rond die hier zijn opgegroeid. De oudste is 25 jaar oud. We hebben nog even leuk contact met een Nederlands stel dat ook de hele wereld rond trekt. Zij hebben het alleen wat makkelijker omdat zij bij de KLM werkt en ze dus gratis kunnen vliegen. Vijf maal per dag krijgen de olifantjes de fles. Ien mag er ook ééntje geven. Na het voederen worden ze gewassen in de rivier. Heerlijk op hun zij laten ze zich door de helpers met water besproeien. Het hoofd helemaal onder water en alleen met de slurf boven om lucht te happen. Een grappig gezicht. Als we weg gaan staat er een man met cobra's en een grote wurgslang (Python ?) bij de uitgang. Voor wat geld mag je ermee op de foto. Geprikkeld door al die gillende meuten moet ik me natuurlijk weer even bewijzen en hangt de wurgslang even later om mijn nek. Klik, klik, klik. Ik ben nu bekend over heel de wereld. De botaische tuin van Kandy Vogels kijken vanaf balkon Kandy bij avondlicht Optreden van de Kandy dansers Nirmal heeft bij een vriendje vervoer voor ons geregeld zodat we in het rotweer niet naar ons hotel hoeven lopen. In het hotel is vanavond barbecue en zoals gewoonlijk is dat voor het hotel een smoes om ons voor veel geld af te schepen met een verkoold stukje kip van 10 gram. De wijn maakt gelukkig veel goed. De jongen die de wijn verzorgt is in een armzalig uniform gestoken. De knopen hangen er bij of zijn helemaal verdwenen. Het vriendelijke knulletje is blij wat te doen te hebben en knoopt verlegen een praatje met ons aan. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Woensdag 22 April - Kandy |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Edelsteen winkeltje We slapen vandaag lekker uit tot half negen. Na het ontbijt schrijven we op het balkon de onvermijdelijke brieven en kaarten naar huis. We lopen langs het meer naar de stad. Vogelfreaks als we ondertussen zijn kicken we helemaal op de felgekleurde ijsvogeltjes, pelikaan en aalscholvers die de bomen langs de oever bevolken. Een ober van ons hotel loopt een stukje met ons op. Hij gaat 28 April trouwen en gaat zijn trouwring halen bij een "edelsteenmuseum". Sri Lanka is haast dichtgebouwd met deze musea die echter meestal niet meer zijn dan verkapte edelsteenwinkels. We gaan met hem mee naar binnen en krijgen een korte demo te zien van het slijpen. Na een snel afgebroken video over de edelsteenmijnen worden we winkel ingeloodst en worden we zoals verwacht lastig gevallen met verkooppraatjes. Na een glaasje overheerlijke vruchtensap is het dus tijd om weg te gaan. Treinreis naar Ella is volgeboekt In een soevenirwinkel kopen we snuisterijen. Eierdopjes en een bamboe vaasje. Ook koop ik zonder afdingen een paraplu voor fl. 5,-. Eerder vandaag heb ik onderhandeld bij een stalletje en kreeg ik hem niet goedkoper dan fl. 7,50. En ik maar denken dat die mensen in die armzalige stalletjes al blij mogen zijn als ze een spijker per dag verkopen. Kandy's oerwoudbos Udawattekele Ien op de rug van een olifant Bezoek aan de "Tempel van de Tand" Verrassend optreden Kandy dansers in Tempel van de Tand Na een extreem korte rondleiding sjort onze gids de sarong van mijn lijf en loodst ons naar buiten. Op slinkse wijze weet ik de sarong weer te bemachtigen en tot duidelijk ongenoegen van de gids ga ik op eigen houtje de tempel nog even bekijken. Bij een zijingang staan mensen met de boeddhistische vlag en ook een paar Kandy dancers te wachten. Als ik vraag wat er aan de hand is blijkt over een paar minuten een ceremonie te beginnen. Deze wordt gehouden om te vieren dat het na maanden van extreme droogte eindelijk is gaan regenen. Dat het is gaan regenen komt natuurlijk door de vele gebeden die hier plaats gevonden hebben. Om kwart over vier barst het los. Een grote stoet monniken komt begeleid door tromgeroffel van de Kandy dancers de tempel binnen. Voordat ze de witte loper op mogen worden eerst door twee mannen hun voeten gewassen. De hele stoet gaat via een gang naar de andere kant van de tempel. Wij via een sluipweg er achter aan. We zijn gelukkig welkom in het vertrek waar de ceremonie plaats vindt. Er is een carrousel gemaakt met kleurige lampjes. Het lijkt wel niet echt. De deurpost wordt nog even versierd met sabels, messen en twee hellebaarden. Het is druk. Vanuit andere tempels zijn talrijke monniken aanwezig om de plechtigheid bij te wonen. De prachtig geklede Kandy dancers die alsmaar hun trommels bewerken geven het een extra sfeertje. Middelpunt van de ceremonie blijkt een dik jongetje te zijn. Hij is in traditionele kleding gestoken en draagt een kroon. Het doet denken aan het zoontje van een sultan. Naast hem lopen twee "slaafjes" die hem met een nepzwaard begeleiden. De televisie is ook aanwezig. Doordat ze met felle lampen werken kan ik ook mooie opnames maken. Het is vreemd dat we de enige toeristen zijn. Bij de vier dagelijkse ceremonies worden ze hier met bussen tegelijk losgelaten. Nu er werkelijk wat bijzonders te beleven is zie je ze niet. Schitterende processie door Kandy We lopen een stukje mee voor we terug gaan naar ons hotel. Bij de bar aan het zwembad nemen we ons welkomscocktailtje van gisteren. Plotseling veer ik op. Ik zie papegaaien in de tuin. Grote hilariteit als deze in een kooi blijken te zitten. Een Engelsman vraagt wat ik gezien heb en knoopt een praatje met me aan. Hij vertelt dat het toch wilde papegaaien zijn. De kooi zit inderdaad vol gaten. De vogels waren op het voer afgekomen. Helaas zijn ze alweer gevlogen. Alhoewel Kandy hoger ligt als Colombo en het ietsje koeler zweten we de hele dag behoorlijk. Het lijkt wel een zweetkuur. Aangezien we ook vrij weinig eten zullen we wel aardig afvallen. Voor en na het eten zitten we gezellig op ons balkon. Wat een heerlijk plekje is het hier. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Donderdag 23 April - Rit naar Ella |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Nirmal wordt onze privé chauffeur voor de komende dagenn. Bezoek aan een theefabriek Onderweg komen we ook een steengroeve tegen. Drie vrouwen zijn bezig met het hakken van grote stenen. De kleine steentjes worden verkocht als grint. Heel hard werken voor een paar centen. Nuwera Eliya Ella Als om 7 uur de stroom weer aan gaat (Ze hebben hier de hele dag tot 7 uur een "powercut") drinken we met Nirmal op het terras een biertje. We bespreken het schema voor morgen. Hij probeert tot ons grote ongenoegen extra geld te vangen voor een uitstapje naar de Dunhinda watervallen van Badulla. Ik maak hem duidelijk dat we afgesproken hebben dat dit soort uitstapjes bij de prijs inbegrepen is. Hij verzint allerlei lulpraatjes over zijn baas en blijft maar zeuren over die watervallen die we helemaal niet willen zien. Tenslotte snoer ik hem maar de mond door te dreigen hem naar huis te sturen. Jammer, want het is best een aardige vent die ons veel laat zien. We besluiten verder maar normaal tegen hem te doen maar wel onze poot stijf te houden wat uitstapjes betreft. Uniek bezoek aan afgelegen Ramayana feest Als we onder het genot van een biertje op het terras zitten horen we uit het dal feestgeluiden komen. Het blijkt dat ze deze maand het boeddhistische nieuwjaar vieren. Wij er met de auto heen. Twee knullen van het resthouse rijden mee. Als we ergens een steile helling op moeten haalt de auto het niet. De knullen stappen uit er Nirmal rijdt naar boven. De gek heeft niet het geduld op de jongens te wachten en rijdt door over het dichtbegroeide pad. Veel te ver. Als we terug rijden blijkt het huis waar het feest gegeven wordt net naast de helling te zijn. Met het licht van een olielampje en een gloeilamp in het huis wordt de "tuin" verlicht. Er zitten zo'n dertig mensen in een kring te kijken naar een religieus toneelstuk. Ondanks vele vragen komen we er niet achter wat het voorstelt. Het lijkt op een stuk uit het Hindoestische verhaal "de Ramayana". Er wordt gedanst en gezongen in het kringetje door mannen die verkleed waren (soms als vrouw) en een masker op hebben. Het enige dat we begrijpen is wanneer ze met een bootje zeulen en hiermee de overtocht van India naar Sri Lanka symboliseren. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vrijdag 24 April - Yale nationaal park |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Prachtig uitzicht over de Ella koof Ik ben weer om 6 uur op om de kleurige vogeltjes te bespieden. We halen hier ons hart op. Een selectie uit de vogels die we zien: een pikzwarte kolibrie (heet hier vliegenvanger), groen vogeltje met fel blauwe kop, kleine gele vogeltjes en groen met rode onderkant. Waanzinnig. Een lekker zonnetje steekt op. Hoewel het wat heiïg is hebben we toch een prachtig vergezicht door de Ella kloof. Tot 10 uur blijven we lekker keuvelen op het terras. Afzakken naar zeeniveau Buduruvagala: 51 meter hoge Boeddha Vlak voor Tissamaharama stoppen we bij een school. Ook in Sri Lanka moeten de kinderen in uniform naar school. We willen naar binnen, maar Nirmal houdt ons tegen. "Mag niet" zegt hij. Lulkoek natuurlijk, maar we blijven toch maar buiten het hek kijken. Ze zijn net bezig met één of ander slagbalspel. Tissamaharama aan de kust Het Yale wildpark |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zaterdag 25 April - Bundala reservaat |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het Bundula vogelreservaat Om 5:30 rijden we met dezelfde chauffeur als gisteren naar het aan de kust gelegen Bundala vogelreservaat. Donatienne rijdt met ons mee. De chauffeur keek wel scheef maar zei niets. Om 5:45 komt de zon op en is het binnen vijf minuten licht. Schemering kennen ze hier niet. In Tissa zien we hele zwermen vliegende honden. Bundala is het verlengde van Yale maar is geen nationaal park zodat we ook geen entree hoeven te betalen en geen ranger nodig hebben. Ook het dak van de jeep mag nu open zodat we een veel beter uitzicht hebben. De jungle is wat dichter. Mede hierdoor is er heel wat minder te zien als gisteren. Bij de meertjes zien we veel vogels, maar hebben deze gisteren ook al gezien. De enige olifant die we te zien krijgen, althans zijn rug, zit diep in het kreupelhout. De mooie vogeltjes van gisteren krijgen we niet meer te zien. Pas als we naar de lagune rijden zien we wat nieuws. Een grote uil en een grote gespikkelde arend zien we van nabij. In de lagune is net een groep flamingo's neergestreken die we van veraf kunnen bewonderen. Ze komen uit Australië en overwinteren hier. De tegenvallende tocht is om 8:30 (ipv 9:00) al ten einde. Onze Belgische Truus probeert vanmiddag alsnog naar Yale te gaan en klampt in het resthouse iedereen aan. Uiteindelijk lukt het haar zich aan te sluiten bij een inheems gezelschap van 6 man. Ze doen fifty-fifty! Wat een muts. Wandelingetje langs het strand De rest van de dag brengen we luierend aan de rand van het zwembad door. We maken alleen een klein wandelingetje langs het meer waaraan het resthouse ligt. Naast ons terrein is een kokosnootfarm. Een man klimt vliegensvlug in een palmboom. Hierbij gebruikt hij een touw waarmee hij zijn voeten bij elkaar houdt. Boven in de boom kapt hij de kokosnoten die dan als kanonskogels naar beneden schieten. Ze maken meteen voor ons een kokosnoot open. Deze zit tot de rand vol met melk. Als we hem leeg gedronken hebben wordt hij open gehakt en kunnen we de dunne en glibberige laag kokos opeten met een uitgesneden spateltje. Het is oppassen voor de klimmer. Soms zit er in een holte een bijennest, waarvan de bijen heel agressief kunnen zijn. Ook ligt er op het terrein het vel van een ongeveer twee meter lange slang. Slangen vervellen om de zoveel tijd en stoten dan zo'n omhulsel af. Ien vindt het maar eng. Op het strandje van het meer zijn twee mannen bezig met het zoeken naar edelstenen. We vinden het maar vreemd dat je ze hier kunt vinden. Ze hebben toch al een paar steentjes gevonden. Later horen we dat het steentjes met weinig waarde zijn. In een boom zie ik een zwarte specht met rode kuif. In het water zijn veel mensen op de een of andere manier aan het vissen. Met hengels of netten wordt er heel wat gevangen. Een jongetje haalt de ene vis na de andere binnen. In het smerige water worden ook haren gewassen en de tanden gepoetst. Bah! Op diverse plaatsen zie je de mensen ook de was doen ik het onfrisse water. Echt wit zal het wel niet worden. Apen en papegaaien kijken vanuit het hotelzwembad
Tegen de avond komen de papegaaien tevoorschijn. Waar je kijkt, overal zie je deze grappige groene vogels met rode snavel vliegen. Ook komt er een apenfamilie langs. Ze vermaken zich op het dak van het resthouse. De kleintjes zijn uitbundig en maken grote sprongen en salto's. Als het donker wordt nemen vleermuizen en vliegende honden massaal het luchtruim in bezit. Wij genieten ervan op ons balkon met een lekkere fles rode wijn. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zondag 26 April - Unawattuna |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verder langs de zuidlust We rijden vandaag langs de zuidkust naar het strand van Unawattuna dat op enkele kilometers van Galle ligt. In Tissa stoppen we eerst bij een vervallen dagoba. Ik weet niet waarom deze hoop stenen zo bekend is. Onderweg komen we eerst een aap tegen die rustig op een kilometerpaaltje langs de weg zit. Ien wil een foto nemen maar Nirmal ruikt de stal en rijdt gewoon door. Een stuk verder probeert hij ook langs een interessante zoutmijn te rijden, maar ik laat hem gewoon terug rijden. Op speciaal verzoek mogen we de zoutmijnen bekijken maar helaas geen foto's nemen. Ze zijn bang dat we ze aan de Tamils verkopen. Naïef want je kunt alles vanaf een afstandje ook goed fotograferen. De mijn bestaat uit een paar meertjes die ze met zeewater vullen. De zon verdampt het water, waarna er zout overblijft. Simpel, maar doeltreffend. Via Matara, waar we even langs het Hollandse fort rijden, rijden we naar Tangalle waar we lunchen in een grappig hotel wat gebouwd moet zijn in de vorm van een schip. 't Is dat ze het zeggen. Steltvissers van Weligama Afscheid van Nirmal De middag keutelen we wat op het strand en op ons balkon. 's Avonds drinken we een laatste biertje met Nirmal en maken kennis met Sena de baas van het restaurant. Het is een vriend van Nirmal zodat we meteen in de watten worden gelegd met een extra stukje vis. Nirmal vertelt wat van zijn leven. Het is alleen maar werken. Zondag vrij als hij niet net als nu op stap is. Hij verdient maar fl. 175.- per maand. Zijn vrouw en twee kinderen ziet hij maar zelden. Hij heeft een paar jaar in Saudi Arabië gewerkt. Van het daar verdiende geld heeft hij een huis en een stukje land gekocht. Nu zit hij te azen op een baan in Italië, waar zijn halve familie al (illegaal) zit. Nirmal is ook erg gelovig. Hij zegt nooit mensen op te lichten omdat hij anders niet voor god kan verschijnen. Als we afrekenen krijgt hij fl. 25,- fooi want hij heeft meestal echt zijn best gedaan om ons de leuke plekjes te tonen. Zijn reactie verbaasde ons. Hij was diep geroerd en begon zelfs mijn hand te kunnen. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maandag 27 April - Unawattuna |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zeeschildpadden zoeken in troebel water Tijdens de lunch bespreken we met Sena ons schema. Hij oppert het idee om de edelsteenmijnen niet in Ratnapura, maar hier bij Galle te bezoeken. Het kost ons niets en we worden door kennissen van hem gehaald en gebracht. We zijn meteen enthousiast. Sena belooft het vandaag te zullen regelen. Na de lunch gaan we op aanraden van een Nederlandse Duitser die bezig is hier een guesthouse te kopen naar de andere kant van de baai om te snorkelen. Hij heeft er schildpadden gezien. Het blijkt helaas te diep voor Ien te zijn. Bovendien is de stroming te sterk. Het koraal is gelukkig een stuk mooier dan vanochtend. In het troebele water kom ik ook zowaar een schildpad tegen. Het is een grote van zeker 1 meter lang. Ik zwem me rot tegen de stroom in om hem bij te houden. Helemaal buiten adem lukt het me een foto te nemen. Een grote golf gooit me het koraal op en ik stoot mijn knie. Het valt gelukkig mee, maar het bloed wel. Ruzie na mislukte snorkeltour Terug op het strand heeft Ien net een wikkelrok gekocht. Een knul, Sunil genaamd, papt aan en doet één of andere vrucht op mijn wond. Hij biedt aan ons naar het rotseiland voor de kust te brengen waar je mooi kunt snorkelen. Hij heeft mooie praatjes. Het water moet er helder zijn, je kunt er staan (voor Ien) en zijn er achter de rots geen hoge golven. We geloven er niets van, maar hij blijft het overtuigend volhouden. We spreken af dat we fl. 15,- betalen voor anderhalf uur. Is het er inderdaad zo mooi als hij ons voorspiegelt geven we wat meer, maar als het niet bevalt betalen we niets. Wij in de catamaran en zij met z'n tweeën roeien. Binnen een kwartier zijn we er. Het blijkt er echter "bull-shit" te zijn. Troebel water, 3 meter diep en hoge golven. Ien blijft aan boord en ik heb het na vijf minuten al gezien. Na een half uur zijn we dus alweer terug. En dan is het hommeles. We voelen ons uiteraard bekocht en houden hem aan zijn "no good, no pay" afspraak. Hij vond natuurlijk het water niet troebel, de golven niet hoog en Ien kon zich toch aan de boot vasthouden. In mijn opperste goedheid wil ik nog wel 100 roepies (fl. 5,-) geven voor de moeite maar niet meer. Het draait uit op een gescheld en we komen er niet uit. Ik stel voor dan maar naar de politie te gaan en deze recht te laten spreken. Tot mijn verbazing gaan ze zowaar mee. De ene is er toch niet zo gelukkig mee en probeert alleen zijn deel los te krijgen. Als dat niet lukt vliegen de twee elkaar in de haren, maar de aso wint zodat we onze weg vervolgen. In het dorp rijden twee agenten in een bajaj heen en weer. Ze spreken echter geen Engels zodat we getergd op zoek gaan naar het bureau. Soms bemoeien omstanders zich met het probleem en we begrijpen dat ze ons gelijk geven. Als we een paar honderd meter op weg zijn komen de smoezen. Ze zijn niet goed gekleed en het is erg ver. Ien is razend. Uiteindelijk gaan ze met de pest in hun lijf akkoord met mijn fifty-fifty voorstel. We blijken achteraf 100 meter van het politiebureau af te zitten. Als ik het geld gegeven heb volgt er nog een asociale scheldpartij. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dinsdag 28 April - Galle |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Bezoek aan edelsteenmijnen Om tien uur worden we opgehaald door de chauffeur van de Duitser die hier in de omgeving zeven edelsteenmijnen bezit. Het is een heel aardige man. Aruna, de vriend van Sena, gaat ook mee. Hij valt haast om van de slaap want hij heeft de hele nacht door gefeest. Als we op weg gaan komen we langs Weligama. We zien hier zowaar een steltvisser aan het werk. Even stiekem een foto nemen voordat hij van z'n paal af klimt om geld te vragen. Bij een spoorovergang hebben we in de bloedhitte een half uur vertraging. Via een ingewikkeld proces moeten twee locomotieven worden gewisseld. Het is hier een scheiding van district en elk district rijdt met zijn eigen locs. Erg handig allemaal. Als we weer op weg gaan rijden we door een schitterend groen landschap. Een paar maal stoppen we als er een varaan de weg over steekt. Als we bij de mijn aankomen blijkt deze niet in gebruik te zijn. Weer is de droogte de oorzaak. De rivier staat droog, zodat ze onvoldoende water hebben om te spoelen. Een ploeg arbeiders bestaat meestal uit zo'n 10 man. Een jongen laat ons zien hoe er normaal wordt gewerkt. Eerst daalt hij af in een met stokken versterkte put. Daar hakt hij grond uit en spoelt het schoon met water. De aarde wordt weg gespoeld en blijven er stenen in de mand over. Deze worden nauwkeurig aan een onderzoek onderworpen. Tot onze verbazing vindt hij diverse steentjes. De oogst was een blauw saffiertje, toermalijn en nog een paar edelsteentjes. Het blijkt echter zo te zijn dat de meeste steentjes maar een geringe waarde hebben omdat ze vaak te klein of beschadigd zijn. Per maand wordt er doorgaans maar één steen gevonden met een behoorlijke waarde. Het leeuwedeel van de opbrengst gaat naar de eigenaar. De rest moeten ze met z'n tienen delen. Een opzichter ziet er op toe dat er niet stiekem stenen worden gepikt. Kortom, hard werk en weinig verdiensten. Logisch dat de mijn grote delen van het jaar niet in gebruik is. Het werk op het land is dan veel belangrijker, want er moet gegeten worden. Pas als er tijd over is wordt er in de mijn gewerkt. Het is gevaarlijk werk. Niet zelden stort er een mijn in en worden de op meer dan tien meter diepte werkende mannen levend begraven. Na deze geslaagde demo drinken we bij de jongen thuis een kop koffie uit de eigen tuin. Er wordt gezellig gekletst. Zo komen we te weten hoe mensen uit Sri Lanka in Europa komen. Vroeger via Joegoslavië waar ze geen visum nodig hebben en vervolgens kopen ze voor fl. 500,- een grenswacht om. Nu moeten ze in verband met de burgeroorlog via Moskou. Ergens in Polen sluipen ze 's nachts de grens over. In de achtertuin hebben de mensen nog drie putten gegraven voor de edelsteenwinning. Op een grote berg ligt grond die nog moet worden gewassen. In de tuin staan ook koffie en peperstruiken. We krijgen van onze chauffeur een hele uitleg. De mensen hebben ook een papegaai zodat we deze nu eindelijk eens van dichtbij kunnen bekijken. Een paar huizen verderop is er een steenbakkerij. De stenen worden gebakken door zaagsel op en tussen de stenen te strooien en deze in brand te steken. Na het bakken worden de stenen rood. De tour krijgt een staartje De oude vestingstad Galle Met de auto rijden we via het hotel (om te betalen) naar het fort van Galle. Met Aruna maken we een rondje door het nog intact zijnde Hollandse fort. De Hollanders hebben hier gezeten van 1640 tot 1780. Net toen de Engelsen de boel hier overnamen was de rol van havenstad Galle uitgespeeld, Colombo kreeg een zeehaven, zodat het fort nog in de originele staat verkeerd. De oude poort vertoont nog het wapen van Nederland en de VOC. Een belangrijke straat heet de Leynbaan. Grappig. De bastions van het fort hebben ook namen als Zwart bastion, bastion Akersloot en punt Utrecht. We bezoeken een oude Hollandse gereformeerde kerk. Van buiten is het een vervallen zootje, maar van binnen is het allemaal redelijk onderhouden. Op de grond liggen grafstenen met oud-Hollandse opschriften. We liggen dubbel van teksten als "Hier legd het lyk van .." , "het lichaamsstof verheerlijkt" en "verslonden door de doot". Over de wallen lopen we het fort in de rondte. Als we door de poort naar buiten gaan zien we vijf geboeide gevangenen, die net in het paleis van justitie zijn veroordeeld, worden afgevoerd. De aardige chauffeur staat alweer klaar om ons bij het hotel af te zetten. Op ons balkon genieten we van een mooie zonsondergang. We betrappen een muis die in mijn rugzak op zoek naar voedsel een ware ravage heeft aangericht. Plastic zakken zijn open geknaagd en de helft van de crackers is aangevreten. Met Sena en Aruna drinken we nog het eten nog een biertje. Morgen vertrekken we. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Woensdag 29 April - Ratnapura |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Met de trein van Galle naar Panadura Met de bus het binnenland in naar Ratnapura Ratnapura |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Donderdag 30 april - Ratnapura |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Koninginnedag! Zelfs in de kranten hier staat een foto van onze koninklijke familie. Talloze bedrijven feliciteren haar in grote advertenties. Na het ontbijt gaan we op weg. Ratnapura is het centrum van de edelsteenwinning en dat willen we wel eens zien. Buiten het hotel staat het mannetje dat ons gisteren al overal heen wilde slepen al klaar. Gelaten laten we hem maar mee lopen. In dit land wordt je soms gek van al die mensen die zich als "gids" opdringen. Het zijn net vliegen. Ook als je zegt dat je er geen prijs op stelt blijven ze om je heen hangen. Als je ergens wat wilt kopen zijn ze er als de kippen bij om te zeggen dat zij ons er hebben gebracht en vangen zo commissie. Voor ons wordt de prijs dan uiteraard hoger. Om te zieken gaan we eerst een bank binnen om geld te wisselen. Dat duurde ondanks de voorkeursbehandeling toch nog een uur. Ondertussen informeer ik even naar de bus die ons vanmiddag naar Colombo moet brengen. Ze gaan om het half uur en ze zeggen dat het expresse bussen zijn. Later blijkt dat het woord expresse betekent dat ze overal stoppen. Primitieve edelsteenmijnen Weer terug in Colombo na een lange busrit Overnachten in Palm Beach hotel in Mount Lavinia We laten ons dus maar afzetten bij het Palm Beach hotel. Negen jaar geleden een uitstekend hotel. Nu is het vergane glorie. De regering heeft het overgenomen en dat is te zien ook. Alles is vervallen. Het zwembad is groen en de kamer die we krijgen heeft een stukgeslagen raam. Het muskietennet is ook pikzwart. De kamer kost maar fl. 20,-. Negen jaar geleden was dat nog fl. 70,-. Doodzonde van zo'n mooi hotel. We lopen nog even naar het Ranveli hotel waar we negen jaar geleden sliepen. Ook hier nieuwe eigenaren, maar deze hebben de tent flink opgeknapt. We hadden dus beter hier heen kunnen gaan. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Vrijdag 1 Mei - Mount Lavinia |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verkassen naar het luxe Mount Lavinia hotel Na een niet al te best ontbijt in het ongezellige restaurant lopen we naar Mt. Lavinia hotel om daar alsnog een kamer te reserveren. We kunnen er om 10 uur terecht. Ik vraag of er geen laagseizoenkorting is en krijg zowaar $15,- per nacht korting. We hebben een waanzinnige kamer. Airco, bad met warm water en een balkon met uitzicht op het palmenstrand. Prachtig. Dit hotel is in de koloniale tijd de residentie van de gouverneur geweest. De hele dag zie je bedienden poetsen. Bij een trap wordt door dezelfde knul constant het koperwerk gepoetst. Als iemand de deur open doet wordt meteen het handvat schoon gepoetst. Kolder. Ien geniet van de weelde. Het is net als in een film, waar de filmsterren met een cocktail aan de rand van het zwembad liggen. In de hal is een boek met VIP handtekeningen. Helaas voor Ien zit het op slot. Het onbetaalbare schaakspel De Zoo van Colombo Schitterende zonsondergang |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zaterdag 2 Mei - Mount Lavinia |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onze laatste dag. We doen niets dan luieren, zodat we aan het eind van de dag blij zijn weer naar huis te mogen. Strandvakanties zijn niets voor ons. We doen vandaag alleen wat kleine inkopen. Batik pakje en wat kleine snuisterijen. De hele dag aan het zwembad. Het komt je strot uit. 's Avonds eten we à la carte en moeten dus binnen eten. Het terras is voor het lopend buffet. Na het diner nemen we heel romantisch een cocktail op het terras. Er wordt hier een "Duivelsdans" opgevoerd. Er mogen wel twintig aanhalingstekens omheen. Pure nep. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Zondag 3 Mei - Weer thuis |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Om 3:30 staan we op. De afgesproken bajaj staat gelukkig al op ons te wachten. We eten de laatste, in feite ook eerste, crackers met paté en een zelf gezet bakje thee. In het donker speren we om 4:20 door het verlaten Colombo. Ruim een uur later zijn we op de luchthaven. Alles wordt weer tien keer gecontroleerd al gaat het wel snel. We hebben een slechte plek in het vliegtuig. Middenin en tussen de rokers. Erg slecht geregeld van de KLM want er werd bij het inchecken geen rekening gehouden met rokers en niet-rokers plaatsen. |